Het Grote Lieve Marianne Archief 2002-2018


22 februari

Veel mensen weten eigenlijk niet wat Viggo en ik hier op de Winterspelen allemaal doen. Die denken, wat een makkie.

Zitten lekker in Korea, kunnen naar de wedstrijden, beetje sporters spreken en verder vooral eten en drinken en vrolijk rondwandelen.

Dat geldt inderdaad voor een aantal mensen die ik ken en ook op de Spelen zijn, maar niet voor de hardwerkende sportliefhebbers / Onderzoeksjournalisten,  in de volkmond wel eens neerbuigend De Menneertjes worden genoemd.

Ik zal even een beeld schetsen van een dag van de meestervoorspeller en mij.

 

’s Morgens om ongeveer 7 uur sta ik op.

Trainingsbroek, thermoshirt, trui, dikke jas, muts, skihandschoenen.

Want dan ga ik namelijk even een korte duik in de zee nemen.

Snel aankleden en dan een wandelingetje over het strand om rustig te overdenken wat er de nacht ervoor allemaal is gebeurd.

In de verte zie ik dan vaak Rick en Niels uit hún hotel komen, rustig joggend de boom aan de overkant van de weg aantikkend en ik weet dat ze straks bij het ontbijt komen vertellen dat ze keihard getraind hebben.

Erna een warme douche, Tussen de 2 en 300 pushups.

Dus zeg maar 6 of 7 pushups.

Aankleden, een half uurtje naar Koreaanse les.

in diezelfde tijd is Viggo bezig met zijn voorspellingen.

Dan legt hij Tarotkaarten, gooit alle big-data van wedstrijden van afgelopen seizoen in een grabbelton en praat in het minieme badkamertje van de hotelkamer met zijn octopus.

Dan is het 8 uur en komt de dag voor Viggo en mij direct in een stroomversnelling.

Dan stappen wij, weer of geen weer, op de fiets, scoren ergens een eenvoudig ontbijtje langs de straat en gaan zo snel mogelijk op pad.

Op pad, om iets mee te maken die ochtend waar we in het radioprogramma iets over kunnen vertellen. Dat staat in onze agenda als, “het land in”

Anderen van ons team hebben dat opgepakt als koffie drinken bij de Koreaanse Starbucks of uitrekenen hoe laat de lunch begint.

Voor ons is dat, naar de vismarkt en in een gammel bootje mee de zee op om met een bamboehengel een makreel voor in de Bimimbpap te vangen.

Of naar een tempel en samen met de monniken op blote voeten in de sneeuw een eeuwenoud pad van verlichting te zoeken.

Dat soort dingen.

Halverwege de dag beginnen voor ons dan de Spelen.

Dan gaan wij kijken bij trainingen van de kanshebbers van die dag.

Of we spreken af met hun trainers om de laatste stand van zaken en het mogelijke wedstrijdplan door te spreken en misschien, in het geval van Viggo, de voorspelling nog aan te passen Of voor mij, om een laatste psychologische tip mee te geven aan de betreffende coach.

Dat allemaal terwijl de anderen nog even terug zijn gegaan naar hun hotel om even op een matje in de sportschool te gaan liggen om eens diep na te denken over buikspieroefeningen.

Rond half twee nemen we een lokale kom soep met dingen waarvan we zelfs na 2 weken nog hebben herkend wat er in zit.

En dan als een speer naar ons hotel/stacaravan om zittend op het keiharde bed binnen 2 uur de column te schrijven.

Erna  komt Viggo vaak  zijn telefoon naar mij brengen met zijn hardloopapp daarop en fiets ik daarmee voor hem rond het meer zodat hij aan Rick en Niels kan laten zien dat hij de 4,5 kilometer binnen de 20 minuten heeft gelopen.

Dan nog even door de tekst van de column, sb nel even samenvattingen kijken van langlaufen, curling, ijshockey, kunstrijden en Noorse combinatie en dan als een speer op de fiets naar de studio.

Voor de deur vijf keer diep ademhalen om om alle stress en drukte van ons af te laten glijden. En dan naar binnen om vervolgens lachende stemmen  te horen die roepen.

Ha, de Meneertjes zijn ook wakker.

Vervolgens pakken we volledige onze focus op onze opdracht voor de show en maken er het beste van.

Na de radiouitzending..

In Nederland 10 uur, hier 6 uur in de avond, gaan we naar het stadion.

Als we de studio uitlopen horen we nog de stemmen van de anderen die roepen. Waar gaan we vanavond eten.

Oh Leuk. En doen we dan die uitgebreide Sushi of Koreaanse Barbecue?

De meestervoorspeller en ik  hebben daar geen tijd voor, nemen een hand plakrijst en gaan naar de wedstrijden die om 8 uur beginnen. Wij gaan altijd op de fiets, ongeveer 5 kwartier fietsen, dus goed te doen, en die snijdende kou raak je vanzelf aan gewend.

Als er een taxi toeterend langs rijdt weten we al dat we uit het raam gaan horen. Kijk daar fietsen de meneertjes.

Maar wij willen ook het inrijden zien.

Wedstrijden zijn geweldig om mee te maken. In winnen en verliezen.

Na de wedstrijd, fietsen we terug. Naar de studio.

Want van daar vertrekt de medailletaxi.

Daarmee halen de eventuele medaillewinnaars op van het stadion om ze naar de huldiging of naar hun olympisch dorp te brengen.

Omdat ze eerst nog naar de dopingcontrole en erna naar de NOS moeten gaan we vaak pas om half één ‘s nachts rijden.

Dan hebben we een diep gesprek met ze.

Viggo wisselt met bepaalde winnaressen zelfs vaak nog even een telefoonummer uit.

En dan begint het echte belangrijke werk.

Want of er zijn sporters klaar, dan willen ze met ons ergens gaan drinken want dat hebben ze al die maanden niet mogen doen.

Of ze hebben gewonnen, dan willen ze wel even wat drinken.

Of ze hebben verloren, en dan hebben ze eigenlijk zin om even wat te drinken.

Dus dat kan opeens venijnig laat worden.

Zo laat zelfs, dat we soms moeten besluiten om dan desnoods maar niet in ons eigen hotel te slapen.

Maar hoe het ook loopt, om 7 uur begint onze dag.

Dus dat doen de meneertjes in Korea.

 

Vannacht waren in het Holland Huis de huldigingen van Sven, en van de mannenachtervolgingsploeg.

Het was al laat hier. Heel laat.

Er was teleurstelling bij de mannen over het gemiste goud.

Er was – zo hoorde ik – teveel onrust en te weinig aandacht.

En erna is er iets van het podium de zaal in gegooid.

Soms is huldigen gewoon geen goed idee of in elk geval verkeerd getimed. Wij zaten op dat ogenblik met de vrouwen achtervolgingsploeg in de taxi. Daar hoefde niet veel meer te worden gezegd.

Of zoals Ireen zei.Zullen we het eens over iets heel anders hebben.

En dat is dan ook onze taak.

Afijn, straks nog even Jan Blokhuizen redden

Morgen de laatste dag voor ons hier in Korea.

 

Maar voor wat we daarin allemaal nog krijgen geef ik het woord aan een hele Grote Meneer.